Scheidsrechter
De wedstrijden worden begeleidt door leerlingen van andere klassen en meester Stijn.
Van elke klas mogen leerlingen zich vrijwillig komen aanmelden als scheidsrechter. Per match zullen er 4 scheidsrechters zijn + de meester.
BV: Als 5A vs 5B speelt dan zal er een scheidsrechter uit 4A , 4B , 6A en 6B worden genomen.
Van elke klas mogen leerlingen zich vrijwillig komen aanmelden als scheidsrechter. Per match zullen er 4 scheidsrechters zijn + de meester.
BV: Als 5A vs 5B speelt dan zal er een scheidsrechter uit 4A , 4B , 6A en 6B worden genomen.
Het aantal spelers
Een wedstrijd wordt gespeeld door twee ploegen van ieder maximum 8 spelers/speelsters, waarvan één doelverdediger/ doelverdedigster.
MAAR!
Het 4de leerjaar mag met 8 spelers, 5de met 7 spelers en het 6de met 6 spelers op het veld staan.
Er moeten altijd (min.) 2 meisjes op het veld staan.
MAAR!
Het 4de leerjaar mag met 8 spelers, 5de met 7 spelers en het 6de met 6 spelers op het veld staan.
Er moeten altijd (min.) 2 meisjes op het veld staan.
GOAL!!!!!
Wanneer de bal binnen de goal wordt getrapt verdient deze ploeg een punt.
MAAR!
4de leerjaar start de match met 2 punten en het 5de leerjaar met 1 punt voorsprong.
VOORBEELD 1:
4A vs 6B. 4de leerjaar krijgt 2-0 voorsprong.
VOORBEELD 2:
4A vs 5B. 4de leerjaar krijgt 2-1 voorsprong.
VOORBEELD 3:
5A vs 5B. De wedstrijd start met 0-0.
MAAR!
4de leerjaar start de match met 2 punten en het 5de leerjaar met 1 punt voorsprong.
VOORBEELD 1:
4A vs 6B. 4de leerjaar krijgt 2-0 voorsprong.
VOORBEELD 2:
4A vs 5B. 4de leerjaar krijgt 2-1 voorsprong.
VOORBEELD 3:
5A vs 5B. De wedstrijd start met 0-0.
Vervanging
Maximum zes vervangers/vervangsters langs de kant.
Duur
De duur van de wedstrijd bedraagt tweemaal tien minuten met een rust van 5 minuten.
De aftrap
De aftrap wordt gegeven bij het begin van de wedstrijd, na een doelpunt en na de rust.
Met een toss wordt beslist welke ploeg de aftrap geeft bij het begin van de wedstrijd.
De bal wordt op de middenstip gelegd.
Iedere speler/speelster staat op de eigen speelhelft.
De bal moet voorwaarts bewegen na de aftrap.
Met een toss wordt beslist welke ploeg de aftrap geeft bij het begin van de wedstrijd.
De bal wordt op de middenstip gelegd.
Iedere speler/speelster staat op de eigen speelhelft.
De bal moet voorwaarts bewegen na de aftrap.
Rechtstreekse vrijschop
Een speler/speelster moet bestraft worden met het toekennen van een rechtstreekse vrijschop aan de tegenstrever als hij/zij één van de volgende overtredingen begaat op een wijze die door de scheidsrechter wordt beoordeeld als onvoorzichtig, onbesuisd of als dit gepaard gaat met buitensporige inzet:
- een tegenstrever/tegenstreefster trapt of probeert te trappen
- een tegenstrever/tegenstreefster doet vallen
- springt naar een tegenstrever/tegenstreefster
- een tegenstrever/tegenstreefster aanvalt
- een tegenstrever/tegenstreefster slaat of probeert te slaan
- Dezelfde sanctie geldt als hij/zij één van de volgende overtredingen begaat:
- een tackle uitvoert waarbij de tegenstrever/tegenstreefster eerder wordt geraakt dan de bal
- een tegenstrever/tegenstreefster vasthoudt of bespuwt
- de bal opzettelijk met de hand speelt (niet geldig voor de doelverdediger/doelverdedigster, als deze zich in zijn eigen strafschopgebied bevindt)
De inworp
De inworp is een manier om het spel te hervatten.
- Een inworp wordt toegekend als de bal de zijlijn volledig overschreden heeft, over de grond of in de lucht.
- De inworp wordt gegeven vanaf de plaats waar de bal de zijlijn overschreden heeft.
- De bal gaat naar de tegenpartij van de speler/speelster die de bal het laatst raakte.
- Met een inworp kan je niet rechtstreeks een doelpunt scoren.
De hoekschop
De hoekschop is een manier om het spel te hernemen. Met een hoekschop kan rechtstreeks gescoord worden.